ALTERNATIEF / Mirza Masroor Ahmad zetelt in Londen, heeft met 20 miljoen volgelingen meer aanhangers dan zijn IS-collega en vindt een eigen staat onzin. Elsevier bezocht de kalief die ‘slechts’ een leidraad voor moslims wil zijn.
In het groene schijnsel van de Fazl Moskee haast de kalief zich naar het avondgebed. Hij loopt snel, heel snel zelfs. De bodyguards met hun paraplu’s kunnen de 66-jarige man nauwelijks bijbenen. Hij draagt zijn grijze baard onder een imposante witte tulband. Een ordonnance van gelovigen wacht respectvol in de vrieskou totdat de kalief is gepasseerd alvorens zelf naar binnen te gaan. Als de Aanvoerder der Gelovigen voorgaat in het gebed, is de moskee stampvol. Zijn ijle stem daalt neer op de gebogen ruggen van de mannen als de rijp die de volgende dag op de velden zal liggen. Zijne Heiligheid Mirza Masroor Ahmad beantwoordt niet aan het beeld dat we tegenwoordig
van een kalief hebben. In zijn kalifaat worden geen homo’s van flatgebouwen gegooid en vrouwen gestenigd. Hij
roept niet op tot een bloedige jihad tegen ongelovigen en afvalligen. En toch heeft hij meer aanhangers dan die andere kalief, die van Islamitische Staat (IS): 20 miljoen gelovigen verspreid over 209 landen. Een eigen
staat vindt hij echter overbodig. ‘Het kalifaat is alleen bedoeld als geestelijke leidraad voor de moslims en het verkondigen van de ware boodschap,’ zegt hij.
Utopie
Een soort paus, maar dan voor moslims, ongeacht gezindte of politieke voorkeur? Het lijkt een hopeloze utopie in een moslimgemeenschap die versplinterd is, ja zelfs met zichzelf in oorlog. Hoe kan iemand die claimt de kalief van álle moslims te zijn, hopen op algemene erkenning? Dat doet Mirza Masroor Ahmad ook niet. Hij beseft dat hij
buiten zijn eigen gemeenschap, de Ahmadiyya, wordt gezien als bedrieger. In Pakistan, waar hij vandaan komt, bepaalt de wet dat Ahmadi’s hun kinderen zelfs geen moslimnamen mogen geven. Koranteksten worden uit hun grafstenen gebeiteld.
Ahmadi’s hebben immers de ‘doodzonde’ begaan te geloven in Ghulam Ahmad. In het Brits-Indië van de negentiende eeuw presenteerde deze moslimleider zich als de door God aangewezen Verlosser. Nu was dat in de geschiedenis wel vaker voorgekomen, maar deze man betitelde zich ook als profeet, weliswaar ondergeschikt aan Mohammed, maar toch. En dat viel verkeerd: volgens vrijwel alle moslims geldt Mohammed létterlijk als de laatste profeet. Wie anders beweert, is afvallig. De consequentie daarvan toont de mediachef van de kalief op zijn mobiel: gejuich voor een brandende ashoop ergens in Pakistan waar die ochtend nog een Ahmadi-moskee stond.
Ondanks vervolging heeft de Ahmadiyya zich ontwikkeld tot een professionele zendingsorganisatie met onstuitbare ambities. Missionarissen worden uitgezonden over de wereld. Bezoekers aan het hoofdkwartier in Londen – Pakistan is sinds de invoering van de ‘anti-Ahmadi’-bepalingen in 1984 geen optie meer – wordt trots de televisiestudio getoond. Vanaf beeldschermen verkondigen geluidloze monden de boodschap van liefde en verzoening, via vijf satellietzenders en in talloze talen. Hun lijfspreuk siert zelfs een Londense dubbeldekker: ‘Liefde voor allen, haat voor niemand.’ De islam van bomgordels, die kennen ze hier niet. Microfoons en technici staan ook gereed als Zijne Heiligheid zich posteert voor het interview. Toen Ghulam Ahmad in 1908 overleed, werd hij opgevolgd door een kalief.