Vraag-en-antwoordsessie met Hazrat Mirza Masroor Ahmad (moge Allah zijn Helper zijn) in het Nederlandse Parlement

Algemene introductie voorafgaand aan de toespraak en vraag-en-antwoordsessie met het internationale hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief (Khalifa), Zijne Heiligheid Hazrat Mirzā Masroor Ahmad (moge Allah zijn Helper zijn):

In zijn voortdurende inspanningen om de boodschap van de ware Islam te verspreiden, bracht Zijne Heiligheid, Hazrat Mirza Masroor Ahmad, de Khalifa van de Islam en het hoofd van de internationale Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, een bezoek aan verschillende regeringen over de hele wereld. Tijdens deze bezoeken inspireerde en intrigeerde Zijne Heiligheid de nationale leiders van verschillende continenten door de leer van de Islam uiteen te zetten en oplossingen aan te dragen voor enkele complexe hedendaagse wereldproblemen. Onder de vele parlementen die Zijne Heiligheid heeft toegesproken, wordt de Tweede Kamer de nieuwste toevoeging. Op 6 oktober 2015 werd Hazrat Mirza Masroor Ahmad door het Nederlandse parlement, via de Vaste commissie voor Buitenlandse Zaken, uitgenodigd voor een ontmoeting met vertegenwoordigers van de grootste landelijke partijen om hen te adviseren over de bestrijding van extremisme en religieus fanatisme. Het Nederlandse parlement ligt in een groot complex van gebouwen dat bekend staat als het Binnenhof. Het is de ontmoetingsplaats van zowel de Eerste als de Tweede Kamer en huisvest het kantoor van de premier.

De vergadering werd voorgezeten door Kamerlid Harry van Bommel, de waarnemend voorzitter van de Vaste commissie voor Buitenlandse Zaken voor het Nederlandse parlement en lid van de Socialistische Partij (SP). Onder degenen die verschillende andere partijen vertegenwoordigden, waren Kamerlid Michiel Servaes van de Partij van de Arbeid (PvdA), Kamerlid Pieter Omtzigt van de partij Christen-Democratisch Appèl (CDA), Kamerlid Han ten Broeke van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD), en Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma van de politieke partij Democraten 66 (D66).

Introductie van Harry van Bommel (SP) voorafgaand aan de toespraak en vraag-en-antwoordsessie:

“Dames en heren, namens de Vaste commissie voor Buitenlandse Zaken van het Nederlandse parlement zou ik graag Zijne Heiligheid, Hazrat Mirza Masroor Ahmad, het hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, welkom heten. Ik wil ook graag onze collega-parlementariërs verwelkomen uit Zweden, Spanje, Ierland, Kroatië en Montenegro. Tot slot zou ik graag de ambassadeurs van Spanje en Denemarken verwelkomen. Deze bijeenkomst wordt live uitgezonden naar een publiek in Nederland, maar ook voor de kijkers in het buitenland. Ik heet jullie allen welkom.

Uwe Heiligheid, het is een eer voor de Vaste commissie voor Buitenlandse Zaken om u vandaag te mogen ontvangen in het Nederlandse parlement. We zijn ons bewust van de positie van Ahmadi’s wereldwijd en we beseffen dat de gemeenschap in Nederland relatief klein is. We zijn blij dat u bereid bent om uw mening met ons te delen ten behoeve van het bevorderen van vrede en interreligieuze harmonie. Staat u mij toe, voordat u dat doet, om de leden van het parlement die aanwezig zijn kort te introduceren.

Aan mijn linkerzijde is de heer Ten Broeke van de liberale partij (VVD). Naast de heer Ten Broeke is de heer Servaes van de Partij van de Arbeid (PvdA). Naast meneer Servaes is de heer Omtzigt van het CDA, en mijn naam is Harry van Bommel. Ik ben van de Socialistische Partij (SP). Nu zou ik u graag het woord willen geven om ons toe te spreken.”

Hierna volgde een toespraak van het internationale hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief (Khalifa), Zijne Heiligheid Hazrat Mirzā Masroor Ahmad (moge Allah zijn Helper zijn). Deze toespraak is reeds geplaatst. Link: https://islamnu.nl/kalifaat/ en: https://bieb.islamnu.nl/product/toespraak-voor-de-parlementaire-vaste-commisie-van-buitelandse-zaken/

 

Vervolgens werd er een vraag-en-antwoordsessie gehouden met het internationale hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief (Khalifa), Zijne Heiligheid Hazrat Mirzā Masroor Ahmad (moge Allah zijn Helper zijn), zie hieronder.

Harry van Bommel (SP):

“Uwe Heiligheid, hartelijk dank dat u ons toesprak. Ik zou nu graag mijn collega’s de gelegenheid willen geven om enkele opmerkingen te maken of vragen te stellen, te beginnen met de heer Ten Broeke van de VVD, de liberale partij. Meneer Ten Broeke, aan u het woord.”

De heer Ten Broeke (VVD):

“Dank u, meneer de voorzitter, en dank u, Uwe Heiligheid, voor uw aanwezigheid hier. Het is zeldzaam dat we in ons midden een religieus leider hebben in deze Kamer. U heeft ons veel geleerd over de lezingen van de Koran, en omdat u een voorstander bent van de Islam en de vrede, zien we toch bijna overal in de gehele Islamitische wereld zoveel oorlog, vervolging en geweld.

Daarom zou ik graag enkele gedachtegangen aan u voorleggen die ik heel graag beantwoord zou willen zien. De eerste is dat ik uw mening zou willen horen over de vraag of het volgens u mogelijk is dat de Profeet en de Islam worden bekritiseerd. U gaf een uitgebreide uitleg over wat er in de Koran staat, maar zoals u begrijpt, heeft de Koran in een liberale democratie geen jurisdictie. Dat is het wetboek van strafrecht; het is de rechtsstaat die moet handelen. 

Stemt u in met de opvatting dat elke aanval op de Islam en de Profeet moet worden beoordeeld volgens de rechtsregels, en niet op basis van de Koran of de Bijbel?

De laatste gedachtegang die ik graag aan u wil voorleggen is of u accepteert dat de vrijheid van meningsuiting ook de vrijheid van godsdienst omvat? Heel erg bedankt.”

Drs. J.H. ten Broeke
Voormalig Lid van de Tweede Kamer
(VVD) 

Harry van Bommel (SP):

“Uwe Heiligheid, aan u het woord.”

Het internationale hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief (Khalifa), Zijne Heiligheid Hazrat Mirzā Masroor Ahmad (moge Allah zijn Helper zijn):

Hazrat Mirza Masroor Ahmad(aba)
Khalifatul Masih V

“Zoals ik in mijn toespraak uiteenzette: het feit dat mensen de ware leer van de Islam zijn vergeten, is de reden waarom ze zijn afgeweken van die ware leer. Wat ze beoefenen, is niet de ware leer van de Islam. Dit was, denk ik, duidelijk af te leiden uit mijn toespraak.

Uw tweede vraag ging over het feit dat er in het recente verleden een aantal slechte woorden werd uitgesproken of dat de status van de Profeet (moge de vrede en de zegeningen van Allah met hem zijn) van de Islam werd ondermijnd, en dat er daarop een reactie kwam van de Moslimgemeenschap. Onze reactie was dat het niet gerechtvaardigd is om op dezelfde wijze wraak te nemen, om iemand te doden, of om de wet van het land in eigen hand te nemen. We hebben nooit op deze manier wraak genomen. We reageerden niet op deze manier. In plaats daarvan was onze reactie als Moslimgemeenschap: ik sprak hierover in mijn preken, die op grote schaal worden beluisterd in bijna de hele wereld via ons MTA-tv-kanaal.

Ik zei dat dit niet de juiste reactie was. De ware reactie is dat we moeten trachten om de vredelievende leer van de Islam eigen te maken. Elke Ahmadi, elke Moslim, dient zijn Islamitische leer uit te dragen. Het moet vanuit uw diepste wezen worden uitgedragen dat dit de ware Islamitische leer is. Vervolgens moeten we, als religieuze gemeenschap, tot God bidden: moge Allah de mensen van de wereld verstand bijbrengen, degenen die trachten de dienaren van God te vernederen, ongeacht of het de Heilige Profeet (moge de vrede en de zegeningen van Allah met hem zijn) van de Islam, Jezus, of iemand anders is.

Derhalve moeten alle religieuze leiders op een passende manier worden gerespecteerd. Kijk, als u zich bezighoudt met bespottingen, zoals ik al zei in mijn toespraak, als u probeert profeten of andere leiders belachelijk te maken, dan is er een natuurlijke reactie van sommige mensen die op dezelfde manier wraak zullen nemen. Soms kunnen ze hun driften niet beheersen. Het is een tweerichtingenstroom: geven en nemen. Eenieder moet een ander mens respecteren; dat zijn menselijke waarden. We moeten rekening houden met die menselijke waarden.

Wat betreft de wet van het land, heb ik al uitgelegd: als de wet u toestaat om te zeggen wat u wilt, goed, dat is prima. Maar wetten worden door mensen gemaakt, en dit is de reden waarom er van tijd tot tijd zoveel wetswijzigingen zijn geweest in bijna elk deel van de wereld. Wanneer u een wet uitvaardigt, maakt u er na verloop van tijd een wijziging in. Dit betekent dat u niet tevreden bent met de wet die u had vastgesteld. Wanneer de omstandigheden veranderen, denkt u: “Nu moeten we de wet veranderen,” of: “Deze wet biedt niet de juiste oplossing voor het huidige probleem.”

Daarom kunt u niet zeggen dat de wet perfect is, en ook niet dat het juist is als de wet van het land het leiderschap of een persoon vernederd. Goed, u hebt het recht om te zeggen wat u wilt. Maar naar mijn mening moet u niet in mijn bijzijn kwaadspreken over iemand van wie ik houd. In de westerse wereld heeft men inderdaad het recht om openlijk tegen een ander te spreken, ongeacht of hij een Profeet (moge de vrede en de zegeningen van Allah met hem zijn), een leider, of iemand anders is. Maar volgens mij moeten menselijke waarden u ervan weerhouden dit te doen.

Zelfs als de wet zegt dat er vrijheid van meningsuiting is – goed, er is vrijheid van meningsuiting – dan nog moet u een aantal beperkingen op deze vrijheid stellen. Anders zal er onrust en frustratie in de wereld zijn, en dat is wat we hebben gezien. Als u iets positiefs hebt ervaren met deze reactie, goed, dan zal ik toegeven dat u hiermee door kunt gaan. Maar zoals u weet, ontstaat er een massale reactie vanuit de Islamitische wereld op dit punt: wanneer u de Profeet (moge de vrede en de zegeningen van Allah met hem zijn ) tracht te vernederen. Dan zou u moeten overwegen waarom we dergelijke acties moeten ondernemen (die onrust veroorzaken), of waarom we de nadruk moeten leggen op die uitingen die de gevoelens van anderen kwetsen.

Zodoende zijn menselijke waarden in mijn ogen het belangrijkste.”

Harry van Bommel (SP):

“Dank u zeer. Mister Servaes, Partij van de Arbeid (aan u het woord).”

Michiel Servaes, Partij van de Arbeid (PVDA):

“Dank u, voorzitter, en dank u, Uwe Heiligheid, voor uw bezoek. Het is altijd goed om zoveel mensen hier in het parlement te zien. Wij nodigen u graag uit om het debat op donderdag bij te wonen over ook weer een ander buitenlands beleid. Want we hebben zelden zo’n groot publiek voor onze debatten. Maar goed, ik ben een beetje in twijfel waar ik op moet concentreren, maar ik denk dat ik zal doorgaan over de kwestie die werd aangesneden door mijn collega. Wij als parlement zijn een onderzoeksorgaan, we houden ervan om in de diepte van het probleem te kijken, we willen het concreter maken. Ik ben het eens met u dat er bepaalde dingen zijn die men kan zeggen over de religie van een ander die de andere persoon kunnen kwetsen. Uit respect en uit het oogpunt van een fatsoenlijke samenleving zou ik altijd adviseren om respect te hebben en altijd respect te tonen voor de religie van andere personen, misschien zelfs bij de afwezigheid van geloof. En ik geloof ook in, misschien dat de wet niet perfect is, maar ik geloof wel in het principe dat uiteengezet is door de Franse filosoof Voltaire. Waarschijnlijk kent u zijn beroemde citaten, dat zelfs als u niet akkoord gaat met wat iemand zegt of zoals Voltaire zelf zei: “Ik zal uw recht om iets te zeggen tot de dood aan toe verdedigen”. En hoewel van goede smaak of uit respect, kan ik een mening hebben over bepaalde uitdrukkingen, denk ik toch dat iedereen het recht heeft om het te zeggen. En ik heb opgemerkt bij enkele van de opmerkingen die u hebt gemaakt in het verleden dat u kritisch was over wat de heer Geert Wilders zei over de Islam. Maar ook over de cartoons die werden gepubliceerd in een Deense krant enkele jaren geleden en meer recentelijk in het Franse Charlie Hebdo-tijdschrift. Mijn vraag is, ondanks dat u zoals ik denkt, dat niet al die uitingen (bespottingen van de Profeet) getuigen van een goede smaak, onderstreept u toch dat deze mensen het recht hebben om te zeggen wat ze willen zeggen, of voor de cartoonist dat ze het recht hebben om hun mening te uiten in de manier waarop ze dat doen door het maken van de tekeningen? Bent u het eens met Voltaire?”

Dhr. M. Servaes
Voormalig Lid van de Tweede Kamer
(PVDA) 

Het internationale Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief (Khalifa), Zijne Heiligheid Hazrat Mirzā Masroor Ahmad (moge Allah zijn Helper zijn):

Hazrat Mirza Masroor Ahmad(aba)
Khalifatul Masih V

“Voor zover het recht op vrijheid van meningsuiting betreft, eenieder kan dat natuurlijk doen, het is vastgesteld in uw wet, de wet van het land, en tegenwoordig in bijna elk democratisch land. Het is toegestaan, wat men ook wil zeggen, dat het gezegd kan worden, dit is de vrijheid van meningsuiting. Maar wat ik bedoel is dat, ondanks het feit dat u vrijheid van meningsuiting hebt, er toch enige beperkingen moeten zijn op deze vrijheid. Wanneer u ziet dat het onrust en pijn bij iemand veroorzaakt, dan moet u een aantal beperkingen stellen op dat punt. Wij vergelden hoe dan ook niet op die manier. Naar mijn mening zult u de menselijke waarden moeten eren om vrede te doen ontstaan, om vrede in de wereld te scheppen. En menselijke waarden zijn er om rekening te houden met de gevoelens van anderen. En het blijft niet hierbij, wanneer u ook wilt zeggen wat er in uw gedachten is, dan bent u daar natuurlijk vrij in. Maar ondanks het feit dat u het kunt zeggen, als u echter rekening houdt met de gevoelens van anderen, dan zult u twee keer nadenken voordat u iets zegt wat problemen kan veroorzaken en de vrede van de samenleving kan vernietigen.”

Michiel Servaes, Partij van de Arbeid (PVDA):

“Nou, gewoon om hier even verder op in te gaan, in feite pleit u voor de beperking van de vrijheid van meningsuiting. En waar u de grens trekt is blijkbaar waar mensen over het geloof van anderen spreken, daar pleit u voor een beperking, maar ziet u de risico’s daarvan in? Als u een beperking van de vrijheid van meningsuiting in de wet van het land instelt, dan zal dit in de werkelijkheid worden misbruikt door de politieke leiders, door anderen, om het debat in een land te stoppen, want als u één beperking van de vrijheid van meningsuiting instelt, waar zouden we de grens dan moeten leggen?”

Dhr. M. Servaes
Voormalig Lid van de Tweede Kamer
(PVDA) 

Het internationale Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief (Khalifa), Zijne Heiligheid Hazrat Mirzā Masroor Ahmad (moge Allah zijn Helper zijn):

Hazrat Mirza Masroor Ahmad(aba)
Khalifatul Masih V

“Ik zeg niet dat u wettelijke beperkingen op de vrijheid van meningsuiting moet leggen. Maar wat ik bedoel is dat we het belang van de vrede en het belang van de gevoelens van anderen moeten beseffen. Als we dit beseffen, dan zal ieder weldenkend mens twee keer nadenken voordat hij iets verkeerds zegt tegen een andere persoon. Als volgens u de vrede van de samenleving het belangrijkste en voornaamste is, dan denk ik, ondanks het feit dat men de vrijheid heeft om te zeggen wat hij wil, een verstandige persoon toch twee keer zal nadenken. Voor zover het mij betreft, zal ik nooit iets slecht over iemand zeggen. Zelfs in uw dagelijkse zaken in uw huis, als u de gevoelens kwetst van uw vrouw of uw broer of iemand anders wat dat betreft, dan ontstaat er onrust in het huis en u zou willen dat u de woorden niet had geuit. Het zou beter zijn geweest. Dus hangt dit alles af van de overwegingen die u maakt. Als iedereen vrij is om iets te zeggen, waarom kan men dan niet spreken over antisemitisme? U kunt niet spreken over de Joden, toch? Wat er gebeurde tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ieder mens heeft dat recht, desondanks wordt het toch op grote schaal afgekeurd. Weet u, er zijn zelfs landen die u bij de wet zullen aanklagen wanneer u spreekt over Joden en wat er is gebeurd en over antisemitisme. Het betekent dus dat er ergens een aantal beperkingen zijn die reeds opgelegd worden door de wet.”

Harry van Bommel (SP):

“De heer Omtzigt van het Christen-Democratisch Appèl (CDA).”

De heer Omtzigt van het Christen-Democratisch Appèl (CDA):

“Dank u en dank u voor uw heldere toespraak en voor de bevordering van vrede. Het is mij bekend dat uw gemeenschap lijdt, bijvoorbeeld in uw eigen land Pakistan, en de Pakistaanse grondwet erkent u zelfs niet als Moslims als gevolg van het tweede amendement. Op zo’n manier dat u in een lastige positie bent als een minderheid binnen een Moslimstaat. Als men vanuit dat perspectief naar het Midden-Oosten, naar de oorlogen in Syrië en Irak kijkt, de oorlog breidt zich uit naar een aantal landen eromheen. En een flink aantal van de vechtende groepen beschouwen zichzelf als Moslims en in de naam van hun religie strijden en doden zij andere Moslims of andere religieuze minderheden. Wat is uw standpunt ten opzichte van die moorden en wat kunnen we doen om ze te stoppen?”

Dhr. P. Omzigt
Voormalig Lid van de Tweede Kamer
(CDA) 

Het internationale Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief (Khalifa), Zijne Heiligheid Hazrat Mirzā Masroor Ahmad (moge Allah zijn Helper zijn):

Hazrat Mirza Masroor Ahmad(aba)
Khalifatul Masih V

“Kijk, wat er vandaag in de Moslimwereld gebeurt en in Syrië en Irak. Er is een conflict tussen de regering en de rebellen, ze noemen zichzelf rebellen en u noemt hen of laat ik zeggen sommige mensen noemen hen vrijheidstrijders. Ze willen het leiderschap ofwel de regering afzetten. Maar beide partijen worden bevoorraad met wapens, munitie en arsenaal. En ze worden ook voorzien van financiële fondsen. In die landen hebben ze geen wapenfabrieken, ze hebben niet genoeg geld om door te blijven gaan. Ondanks dat ze olie hebben kunt u sancties op de rebellen en de regering leggen, dan zullen hun middelen (hun olie) nooit verkocht kunnen worden in de markt. Dit is waarom ik enige tijd geleden uitdrukkelijk gezegd heb dat als u sancties oplegt tegen de rebellen en de regering, totdat en tenzij zij tot een vreedzame oplossing komen, de grote machten hen nooit zullen helpen. En als men sancties kan opleggen tegen Rusland en hun economie daarmee vernietigt of hun economie in enige mate verstoort, waarom kan de IS of Daesh-regering dan niet gestopt worden? Waar komt de financiering vandaan? En hoe komen zij aan hun wapenarsenaal? Ziet u, het is u, de politici, die moeten nadenken over hoe het te stoppen.”

De heer Omtzigt van het Christen-Democratisch Appèl (CDA):

“Hoe gaan we dat doen? We begrijpen na vier jaar nog steeds niet hoe we het kunnen stoppen. En ik begrijp wat u bedoelt over de verdeeldheid en de grote politieke dimensie van het conflict. De politieke dimensie tussen de rebellen die wat steun van westerse landen krijgen en anderzijds de Syrische regering. Toch kan Daesh (IS), zoals u hen noemde, politieke doelen hebben en ook vechten in de naam van de Islam. Ze hebben ook zelf een Kalifaat uitgeroepen, zoals u (een Kalief bent) binnen uw groep. Hoe kijkt u niet zozeer naar het feit dat ze vechten voor de invloed, maar naar de behandeling van minderheden? Niet de behandeling tijdens de gevechten, want u begrijpt dat er een oorlog gaande is, maar meer de onthoofdingen, het met dwang opleggen van extra te betalen belastingen van minderheden en hen niet als gelijken behandelen?”

Dhr. P. Omzigt
Voormalig Lid van de Tweede Kamer
(CDA) 

Het internationale Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief (Khalifa), Zijne Heiligheid Hazrat Mirzā Masroor Ahmad (moge Allah zijn Helper zijn):

Hazrat Mirza Masroor Ahmad(aba)
Khalifatul Masih V

“Kijk, wat de onthoofdingen betreft zoals u die aankaartte: dat is geen Islamitische oorlog, omdat ze niet alleen de mensen van andere religies of van de oude stammen onthoofden. Ze onthoofden zelfs Moslims die niet van hun eigen sekte zijn, begrijpt u? Dit is dus allemaal onislamitisch. Wat ik bedoel is dat als hun financiering wordt gestopt, als een gepaste en stevige maatregel wordt ondernomen tegen hen, dan zullen zij niet op deze manier gedragen. Nu is het probleem niet alleen de onthoofding, het is nu aan het escaleren, het is nu verder gegaan dan dat. Rusland is nu in Syrië binnengetreden. Zij hebben daar hun luchtmachtbasis gevestigd. En ze voeren luchtaanvallen uit. En er is een mogelijkheid dat ze hun grondtroepen sturen. En zeer recentelijk, vandaag of gisteren, was er een luchtaanval nabij de Turkse grens. En de NAVO uitte zijn bezorgdheid over deze kwestie. Dus het betekent nu dat deze oorlog zich niet alleen uitstrekt over de grenzen van de Islamitische staten, maar verder dan dat gaat. Derhalve worden er nu blokken gevormd. Als er een rechtstreekse botsing ontstaat tussen Rusland en Amerika of andere NAVO-landen, dan zal de wereld in een toestand van grote verwoesting zijn. Dit is wat mij verontrust. Wat de onthoofding betreft, het is zondermeer niet Islamitisch. Ik ben op de hoogte dat zij dat doen. Noch de Koran, noch de overleveringen (Ahadith) van de (moge de vrede en de zegeningen van Allah met hem zijn) rechtvaardigen dit. Zelfs nu kan ik zeggen dat als er een gepaste actie tegen hen wordt ondernomen, dan zult u in staat zijn om de situatie te stoppen. Dit is nogmaals de taak van de grote machten. De grote landen. Of u helpt de naburige Islamitische landen, geeft ze wat hulp zodat ze actie kunnen ondernemen, of helpt hen op zijn minst op een andere manier. Of u moet ervoor zorgen dat de financiering stopgezet wordt. Niets kan worden gedaan zonder fondsen. En niets kan worden gedaan zonder wapens, munitie en arsenaal. Ze kunnen het niet zelf opbrengen. Zij kopen wapens uit het westen, via onderhandse handel, ik weet niet hoe ze het doen, maar het lijkt erop alsof er sprake is van een zwarte markt. Of zoals sommige mensen dat zeggen, de offshore handel, via het verkopen van hun olie, hun bronnen. Dus als u gepaste sancties op hen legt, dan kunt u hen controleren. Dus deze onthoofdingen en dat soort dingen zijn nu in vergelijking gewoon heel kleine zaken. Het grote probleem is aan het ontstaan. De blokken worden gevormd. Daar moet u goed over nadenken.”

Harry van Bommel (SP):

“Dank u zeer. Meneer Sjoerdsma van de Liberale Democraten (D66), aan u het woord.”

De heer Sjoerdsma van de Liberale Democraten (D66):

“Meneer de voorzitter, hartelijk dank voor uw inleiding en voor uw zichtbare toewijding aan de waarden van vrede en mensenrechten. Ik ben geneigd verder in te gaan op de vragen die mijn collega’s hadden gesteld over de vrijheid van meningsuiting. Maar ik wil uw mening vragen over een ander onderwerp, over de jongeren in ons land, de jonge mannen en vrouwen die zich laten verleiden door een radicale extremistische versie van de Islam om zich aan te sluiten bij de strijd in landen als Syrië en Irak. Wat zou u zeggen tegen die jongeren die verleid zijn door deze vervormde versie van uw geloof? Wat zou uw advies zijn? Wat zou uw oproep voor hen zijn?”

Dhr. S. Sjoerdsma
Voormalig Lid van de Tweede Kamer
(D66) 

Het internationale Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief (Khalifa), Zijne Heiligheid Hazrat Mirzā Masroor Ahmad (moge Allah zijn Helper zijn):

Hazrat Mirza Masroor Ahmad(aba)
Khalifatul Masih V

“Kijk, jongeren die hier in het westen worden geradicaliseerd en naar Syrië of Irak gaan om te vechten of om te streven naar een regering, of wat hun intentie ook is, zij zijn gefrustreerde mensen. Als u terugblikt naar 2008, de economische crisis, dan zult u zien dat er frustratie was onder de jeugd. Alleen al in het Verenigd Koninkrijk waren er 2,6 miljoen werklozen als gevolg van de crisis. En miljoenen mensen waren werkloos in andere delen van de wereld, in de andere landen van de wereld: de ontwikkelde wereld. En zij zijn gefrustreerde mensen. Een groot aantal van hen waren immigranten uit Azië en andere landen. En ze zijn helaas Moslims. Dus als ze zien dat hen wordt gevraagd te komen en zich aan te sluiten, en dat ze een bepaalde som geld betaald krijgen. Dus vanwege die frustratie. Kortom, ik ben u aan het vertellen dat ze niet alleen geradicaliseerd raken door een religieuze reden, maar ook door een economische reden. Als ze de kans krijgen om hier banen te krijgen, denk ik dat een aanzienlijk percentage van deze geradicaliseerde personen kan worden verminderd. Zelfs als er, zoals gezegd wordt, verbeteringen zijn in de vacatures, bijvoorbeeld in het Verenigd Koninkrijk, was het toch helaas de jeugd die er het minste voordeel van had. Zodoende zijn ze opnieuw gefrustreerd. Dus radicaliseerden ze en gingen ze daarheen om te vechten voor IS en ze werden goed betaald. Om een voorbeeld te noemen, er wordt gezegd dat als iemand daarheen gaat, hij 4000-6000 dollar per maand wordt uitbetaald. Waar komt dit geld vandaan? Daarom is mijn vraag weer dezelfde vraag. De situatie is nu veranderd. Nu zijn ze nog steeds aan het radicaliseren via internet en andere middelen. Maar ze (IS) zeggen nu dat mensen, vooral de Moslimjongeren of gezinnen die in het westen wonen, niet meer naar Syrië of Irak mogen komen. Ze moeten daar blijven; ze zullen hen begeleiden om te werken voor hun belangen in deze westerse landen. Er wordt ook gezegd dat hun aanval een cyberaanval zal zijn. Dus het is een vicieuze cirkel nu. U kunt het niet zomaar stoppen binnen een kort tijdsbestek. De enige oplossing is, zoals u weet, het te stoppen bij de grondoorzaken. Doe het.

Anderzijds, of ze daar nou naartoe gaan of niet, ze vormen ook een gevaar voor de westerse wereld. En zelfs nu over de Syriërs die hier naartoe komen. De vertegenwoordiger (van IS) zei dat er in elke groep van 50 mensen die als vluchtelingen komen, één van hen een sterk IS-lid is. Kortom, er is een economische reden en ten tweede is er ook een religieuze reden (voor radicaliserende jongeren). Dit komt omdat degenen die Moslims zijn, de ware leer van de Islam niet kennen. Er zijn ook enkele autochtonen die de Islam hebben aanvaard en geradicaliseerd zijn. En ze zijn nog gewelddadiger dan de Aziatische Moslims. Soms wordt dat door het nieuws gezegd, door de journalisten die daar naartoe zijn gegaan. Dus het enige is: STOP met hen te financieren. En STOP met hen te bevoorraden op elke mogelijke manier.”

Harry van Bommel (SP):

“Dank u zeer. Staat u mij alstublieft toe om u een laatste vraag te stellen die gerelateerd is aan de positie van Ahmadi’s wereldwijd. Zoals we allemaal weten, worden Ahmadi’s wereldwijd vervolgd in vele landen, maar vooral in Islamitische landen zoals Pakistan en Saoedi-Arabië. Wat kunnen westerse regeringen en westerse parlementen doen? Wat kunnen we doen om te helpen stoppen met de vervolging van Ahmadi’s wereldwijd?”

H. Van Bommel
Voormalig Lid van de Tweede Kamer
(SP)

Het internationale Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief (Khalifa), Zijne Heiligheid Hazrat Mirzā Masroor Ahmad (moge Allah zijn Helper zijn):

Hazrat Mirza Masroor Ahmad(aba)
Khalifatul Masih V

“Kijk, er wordt gezegd dat er tegenwoordig bijna in elk land een democratie is, terwijl dat niet altijd het geval is. Als er democratie is, waarom kan men dan de president of premier die te lang op hun plek zitten niet afzetten? Dus er is een beperkte soort van democratie of een gewijzigde vorm van democratie in die landen. Deze landen krijgen ook steeds hulp van de westerse wereld. Het is dus evident wat u kunt doen om deze vervelende situatie overal in de wereld te veranderen. Het zijn niet alleen Ahmadi’s die worden vervolgd; op sommige plaatsen worden ook christenen en aanhangers van andere religies vervolgd. Het enige wat u kunt doen is de regeringen vragen om hun wetgeving op een manier toe te passen die het recht op vrije meningsuiting en de godsdienst van elke persoon respecteert. Kijk, die Moslimlanden zeggen dat ze de Koran lezen, maar de Koran zegt uitdrukkelijk dat er geen dwang in de godsdienst is. Als er geen dwang in de godsdienst is, waarom moeten mensen dan worden vervolgd? Het is alleen de druk die werkt. Als u de druk op hen kunt uitoefenen. Het is niet alleen een kwestie van Ahmadi’s, maar elke persoon wiens recht op vrijheid op enigerlei wijze wordt ontzegd, moet worden geholpen.”

Harry van Bommel (SP):

“Dank u zeer. Namens de Vaste Commissie voor Buitenlandse Zaken wil ik u, Uwe Heiligheid, graag bedanken voor uw toespraak en voor het delen van uw gedachten met ons. Ik weet dat u hier voor een langere periode zult zijn dan alleen vandaag. Ik zou u graag succes willen wensen met uw missie, en we hopen op een dag u opnieuw te mogen ontmoeten in het parlement. Hartelijk dank.”

Het internationale Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief (Khalifa), Zijne Heiligheid Hazrat Mirzā Masroor Ahmad (moge Allah zijn Helper zijn):

“Dank u wel. Hartelijk dank (aan alle aanwezigen).”

Aansluitend deelden hoogwaardigheidsbekleders hun indrukken en reacties op de toespraak en de vraag-en-antwoordsessie tijdens een zitting. Zie hieronder.

Dr. Wim van Eekelen, voormalig minister van defensie:

“Ik denk dat uw boodschap, uw bezoek, uiterst belangrijk is zodat de Nederlandse mensen begrijpen dat een Moslim niet alleen iemand is waar ze zich zorgen om moeten maken. Dat er ook aan de kant van de Moslims mensen zijn die voorstander zijn van mensenrechten, democratie en vrije meningsuiting. Dus u bent welkom.”

Dr. W. Van Eekelen
Voormalig minister van defensie

Het internationale Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief (Khalifa), Zijne Heiligheid Hazrat Mirzā Masroor Ahmad (moge Allah zijn Helper zijn):

Hazrat Mirza Masroor Ahmad(aba)
Khalifatul Masih V

“Vindt u dat er in Nederland geen islamofobie is, of in ieder geval niet in die mate waarin het zichtbaar is zoals in andere delen van de westerse wereld?”

Harry van Bommel (SP):

“Het is verborgen in de samenleving. Wanneer er spanningen ontstaan, zoals in Frankrijk, naar aanleiding van het Charlie Hebdo-incident, moorden, of als er andere incidenten in de wereld plaatsvinden, dan voelen we die spanning in dit land ook. We weten niet waar de dingen naartoe zouden kunnen leiden in de toekomst, maar er is spanning en er is islamofobie, ook in dit land helaas.”

H. Van Bommel
Voormalig Lid van de Tweede Kamer
(SP)

Dr. Wim van Eekelen, voormalig minister van defensie:

“En als er van tijd tot tijd niet iets positiefs gebeurt, kan het erger worden.”

Het internationale Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief (Khalifa), Zijne Heiligheid Hazrat Mirzā Masroor Ahmad(aba):

Hazrat Mirza Masroor Ahmad(aba)
Khalifatul Masih V

“Dan geeft u ons de gelegenheid om van tijd tot tijd over deze aangelegenheid te spreken, zodat mensen weten wat de ware leerstellingen van de Islam zijn.”

Harry van Bommel (SP):

“Dat is de reden waarom we u in de eerste plaats uitgenodigd hebben in het parlement, absoluut ja.”

Dr. Wim van Eekelen, voormalig minister van defensie:

“En ik denk dat ons parlement hier zeer goed werk heeft verricht.”

Na de informele zitting vonden er interviews plaats. Zie hieronder.

Dr. Wim van Eekelen, voormalig minister van defensie:

“Ik begon als een diplomaat, dus ben ik zeer geïnteresseerd in internationale zaken. En ik ben erg bezorgd over wat er gaande is in de Moslimwereld. En ik denk dat de Ahmadiyya een nieuwe visie hebben op de weg naar vrede dat ook de mensenrechten omvat, vrijheid van meningsuiting en democratie. En ik denk dat het heel belangrijk is dat we dat in het westen moeten weten, omdat we anders denken dat alle Moslims hetzelfde zijn. En het is belangrijk denk ik dat we de aandacht besteden aan de positieve elementen in die religie.”

Dr. W. Van Eekelen
Voormalig minister van defensie

A. Van Doorn
Lid van de Tweede Kamer
(Partij van de Eenheid)

Arnoud van Doorn, leider van Partij van de Eenheid is een Nederlandse Islamitische politieke partij en ex-lid PVV:

“Toen ik lid was van de PVV van mijn voormalige baas Geert Wilders, in die periode geloofde ik dat de Islam was wat je leest in de krant, in de media. Islam was intolerant en onrespectvol jegens vrouwen, het bevorderde het terrorisme en al deze bespottelijke ideeën. En ik geloofde daar zelfs in, want dat was de kennis die ik op dat moment had. Maar gedurende een bepaalde tijd kreeg ik twijfels. Ik dacht, hoe is het mogelijk dat er zoveel Moslims zijn, ze kunnen niet allemaal gemene mensen zijn, of gevaarlijke mensen. Dus wilde ik meer weten over de Islam, ik ging naar de moskee, ik studeerde Islam, ik las de Koran. Ik las over het leven van de Profeet. En in deze periode van het verkrijgen van kennis werd het me duidelijk dat ik verkeerd zat, dat ik fout was, dat de Islam in feite een zeer wijze, zeer rustige en een zeer mooie religie is. Toen werd ik uiteindelijk een Moslim, ongeveer twee en een half jaar geleden. De woorden van Zijne Heiligheid waren zeer inspirerend en zeer wijs. Ik was nieuwsgierig om hier te komen en ik ben geraakt door zijn woorden en door zijn wijsheid en zijn oproep tot wederzijds begrip. En ook door zijn boodschap dat de Islam een vreedzame en wijze religie is. En tevens ook dat hij probeerde uit te leggen dat er veel misvattingen over de Islam zijn. Dat was een positieve boodschap.”

Harry van Bommel (SP):

“Ik denk dat het nu belangrijk is, juist nu we in dit land het debat voeren over de vrijheid van meningsuiting en tegelijkertijd de situatie in het Midden-Oosten bespreken, dat we een moslimleider hebben die spreekt over interreligieuze harmonie, vrede en de vrijheid van godsdienst. Deze drie aspecten liggen aan de kern van het debat in Nederland, en het is goed om op dit moment een moslimleider onder ons te hebben die hierover spreekt.”

H. Van Bommel
Voormalig Lid van de Tweede Kamer
(SP)

Nieuwjaarsrecepties 2024

Welkom op de officiële website van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap Nederland. Wij verheugen ons op het nieuwe jaar en nodigen iedereen hartelijk uit om deel te nemen aan de nieuwjaarsrecepties in al onze moskeeën. Samen streven we naar vrede, begrip en solidariteit, en kijken uit naar een jaar van harmonie en verbondenheid. Kom en deel in de vreugde van het nieuwe begin met uw medeburgers en medemoslims.

Nieuwjaarsboodschap 2023: Hoop

Een boodschap van hoop voor 2023

‘De Mahdi zal de wereld vullen met rechtvaardigheid zoals deze eerder gevuld was met onrecht.’ (profetie van de profeet Mohammed, vrede zij met hem)

De pandemie, klimaatverandering, de dreiging van een nucleaire oorlog, politieke en economische crises, uiteengedreven families, morele verwarring, spirituele leegte, egoïsme, corruptie, extremisme, racisme, geweld …

Het is niet meer mogelijk om zonder wanhoop naar de toestand van de wereld te kijken. Ouders verliezen de hoop dat hun kinderen hetzelfde leven kunnen leiden waarmee zij zelf gezegend waren. Sommige mensen vrezen zelfs dat de gehele mensheid zal worden uitgeroeid. In deze omstandigheden geeft de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap hoop.

De Islam heeft gedurende duizend jaar gezorgd voor bloei van de menselijke beschaving. Ook Europa werd door de Islam gered van de duistere Middeleeuwen. De profeet Mohammed
(vrede zij met hem) voorspelde dat zijn gemeenschap daarna in verval zou raken en de relatie met God zou verliezen. De hele wereld zou in een ernstige toestand terechtkomen. Dan zou God de Mahdi sturen om een nieuwe bloeiperiode voor de mensheid in te luiden. Wij brengen u het goede nieuws dat vele voorspellingen over deze tijd in vervulling zijn gegaan. De Mahdi verscheen al in 1891 en de mensheid zal deze nieuwe bloeiperiode binnengaan.

Wij staan op zaterdag 24 december op de Dam in Amsterdam om dit nieuws persoonlijk aan u te brengen. Ook in 2023 zullen wij verschillende steden bezoeken om hoop te geven aan de mensen van Nederland.

Foto : De komst van de Mahdi werd vergezeld door de vervulling van talloze andere voorspellingen. Verschillende heilige boeken, waaronder de Bijbel, noemden bijvoorbeeld zon- en maansverduisteringen. De profeet Mohammed, vrede zij met hem, voorspelde zelfs dat deze zouden plaatsvinden op specifieke dagen in de maand Ramadan. Deze voorspellingen gingen in vervulling in 1894, drie jaar nadat Hazrat Mirza Ghulam Ahmad uit India, bekend maakte de Messias en Mahdi te zijn. Lees meer over dit teken van de Messias.

 

Het Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap roept moslims op om zich te verenigen en te bidden om een einde te maken aan oorlogen

11 maart 2022 PERSBERICHT

“Moslims zouden een les moeten leren van hoe de Westerse wereld eensgezind is geworden in de huidige oorlog”
Hazrat Mirza Masroor Ahmad

Het internationale Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Khalifa  (Kalief), Zijne Heiligheid, Hazrat Mirza Masroor Ahmad heeft het bloedvergieten in de crisis tussen Oekraïne en Rusland veroordeeld en riep Moslims op om al hun middelen aan te wenden om op vreedzame wijze een einde aan het conflict te maken.

Zijne Heiligheid maakte de opmerkingen tijdens zijn vrijdagpreek op 11 maart 2022 die gehouden werd in de Mubarak Moskee in Islamabad, Tilford, in het Verenigd Koninkrijk.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“We moeten bidden dat Allah de Almachtige de regeringen van beide partijen verstand geeft en dat zij zich mogen onthouden van het vergieten van het bloed van de mensheid. Moslims zouden een les moeten leren van hoe de Westerse wereld eensgezind is geworden in de huidige oorlog. Moslims daarentegen zijn nooit verenigd, ondanks het feit dat zij dezelfde geloofsbelijdenis afleggen. Irak werd verwoest, Syrië werd geruïneerd en Jemen wordt verwoest. Zij [Moslimlanden] doen dit niet alleen eigenhandig, zij zetten in feite ook niet-Moslims aan [tot het verwoesten van de Moslimlanden]. Dit is wat zij doen in plaats van zich te verenigen. De Moslims zouden op zijn minst een les in eensgezindheid moeten leren van het Westen.”

Hazrat Mirza Masroor Ahmad verklaarde verder:

“Moge Allah genade hebben met de Moslim naties, de Moslims en de Moslim Ummah. Dit kan alleen geschieden wanneer zij geloven in de Imam van de Tijd die voor dit doel werd gezonden [om de Moslims te verenigen]. Moge Allah hun verstand en begrip schenken. Moge zij zichzelf hervormen en moge zij bidden voor de wereld en hun middelen aanwenden om een einde te maken aan oorlogen in plaats van eraan deel te nemen”.

EINDE PERSBERICHT.

Het Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap waarschuwt dat de oorlog tussen Rusland en Oekraïne een wereldwijd conflict kan worden

25 FEBRUARI 2022 PERSBERICHTEN

“Moge Allah de Almachtige de mensheid behoeden voor de toestand van de oorlog die is uitgebroken, want als de situatie verergert, zullen de verschrikkelijke gevolgen zodanig zijn dat de mensheid het zich niet eens kan voorstellen.” – Hazrat Mirza Masroor Ahmad

Het internationale Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de vijfde Khalifa (Kalief), Zijne Heiligheid, Hazrat Mirza Masroor Ahmad heeft een krachtige waarschuwing gegeven aan de wereldleiders en regeringen met betrekking tot de crisis in Rusland en Oekraïne.  Zijne Heiligheid drong er bij de wereldleiders op aan alles in het werk te stellen om de situatie te de-escaleren voordat het losbarst en niet meer onder controle te brengen is.

Zijne Heiligheid maakte de opmerkingen tijdens zijn vrijdagpreek op 25 februari 2022 in de Mubarak Moskee in Islamabad, Tilford, Verenigd Koninkrijk.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“De huidige wereldsituatie is uiterst ernstig geworden en er is een reëel gevaar dat de crisis (tussen Rusland en Oekraïne) kan escaleren en zich veel verder kan uitbreiden.

De situatie zal zeker niet beperkt blijven tot één land, integendeel, vele landen zullen in het conflict meegesleept worden als het blijft verslechteren. De consequenties ervan zullen catastrofaal zijn en de afschuwelijke gevolgen zullen nog generaties lang nagalmen en doorwerken.

Daarom bid ik dat Allah de mensheid in staat moge stellen God, de Almachtige, te erkennen en dat zij zullen ophouden met het leven van onschuldige mensen te spelen, enkel en alleen om hun eigen wereldse belangen te vervullen.”

Hazrat Mirza Masroor Ahmad verklaarde verder:

“Wij, als Ahmadi Moslims, kunnen alleen maar bidden en trachten de mensheid te leiden en wij hebben dit altijd gedaan en zullen dit voor altijd blijven doen. In deze tijd moeten Ahmadi Moslims zeker met grote hartstocht bidden voor de vrede van de wereld. Moge Allah de Almachtige de mensheid redden uit de toestand van oorlog die is uitgebroken, want als de situatie verergert, zullen de vreselijke gevolgen zodanig zijn dat de mensheid zich dat niet eens kan voorstellen. We kunnen alleen maar bidden dat Allah de Almachtige de mensheid moge behoeden.”

Link: https://www.pressahmadiyya.com/press-releases/2022/02/head-of-ahmadiyya-muslim-community-warns-of-russia-ukraine-war-becoming-a-global-war/

Verklaring van het internationale Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap over de crisis tussen Rusland en Oekraïne

In verband met de crisis tussen Rusland en Oekraïne heeft het internationale Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief, Zijne Heiligheid, Hazrat Mirza Masroor Ahmad gezegd:

“Jarenlang heb ik de grootmachten gewaarschuwd dat zij lering moeten trekken uit de geschiedenis, met name in verband met de twee catastrofale en verwoestende wereldoorlogen die in de 20e eeuw hebben plaatsgevonden. In dit verband heb ik in het verleden brieven geschreven aan de leiders van verschillende naties en er bij hen op aangedrongen hun nationale en gevestigde belangen opzij te zetten om voorrang te geven aan de vrede en de veiligheid in de wereld door op alle niveaus van de samenleving ware rechtvaardigheid toe te passen. Helaas is er nu een oorlog in Oekraïne begonnen, waardoor de situatie uiterst ernstig en verontrustend is geworden. Bovendien kan de situatie nog verder escaleren, afhankelijk van de volgende stappen van de Russische regering en de reactie van de NAVO en de grootmachten. Het lijdt geen twijfel dat de gevolgen van een eventuele escalatie extreem verschrikkelijk en verwoestend zullen zijn. Het is dus van het allergrootste belang dat alles in het werk wordt gesteld om verdere oorlogsvoering en geweld te voorkomen. Er is nog tijd voor de wereld om een stap terug te doen van de rand van de afgrond en daarom dring ik er, in het belang van de mensheid, bij Rusland, de NAVO en alle grote wereldmachten op aan al hun inspanningen te vestigen op het streven naar deëscalatie van het conflict en het werken aan een vreedzame oplossing door middel van diplomatie.

Als Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap kan ik slechts de aandacht van de politieke leiders van de wereld vestigen op het feit dat zij voorrang moeten geven aan de vrede in de wereld en hun nationale belangen en vijandschappen opzij moeten zetten ten behoeve van het welzijn van de gehele mensheid. Het is daarom mijn oprechte gebed dat de leiders van de wereld met verstand en wijsheid handelen en streven naar de verbetering van de mensheid.

Ik bid dat de wereldleiders er ernstig naar zullen streven om de mensheid, nu en in de toekomst, te behoeden en te beschermen tegen de kwelling van oorlogsvoering, bloedvergieten en vernietiging. En dus bid ik vanuit het diepst van mijn hart dat de leiders van de grootmachten en hun regeringen geen stappen ondernemen die zullen dienen om de toekomst van onze kinderen en de volgende generaties te vernietigen.

In plaats daarvan moeten zij alles in het werk stellen om ervoor te zorgen dat wij aan degenen die na ons komen een wereld van vrede en welvaart nalaten.  

Ik bid dat de leiders van de wereld aandacht schenken aan de noodzaak van het moment en bovenal waarde hechten aan hun verplichting om de vrede en stabiliteit in de wereld te waarborgen. Moge Allah de Almachtige alle onschuldige en weerloze mensen beschermen en moge er ware en blijvende vrede in de wereld heersen. Ameen.”

MIRZA MASROOR AHMAD

Khalifatul Masih V

Het internationale Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap

Majlis Khuddamul Ahmadiyya Bangladesh krijgt de eer om een Virtuele ontmoeting met het Wereldhoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap te houden.

De Nationale Amila van Majlis Khuddamul Ahmadiyya heeft een officiële ontmoeting met Zijne Heiligheid

Op 7 februari 2021 hield het Wereldhoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Khalifa (kalief), Zijne Heiligheid Hazrat Mirza Masroor Ahmad een virtuele online bijeenkomst met de Nationale Amila (Executive) van Majlis Khuddamul Ahmadiyya Bangladesh (Ahmadiyya Muslim Youth Auxiliary).

Zijne Heiligheid Hazrat Mirza Masroor Ahmad, nam deel aan de vergadering vanuit zijn kantoor in Islamabad, Tilford, terwijl de vertegenwoordigers van Amila zich bij het Darut Tabligh Moskee-complex in Dhaka aanwezig waren, dat dienst doet als het nationale hoofdkwartier van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap in Bangladesh. Tijdens de bijeenkomst konden de Khuddam-vertegenwoordigers een rapport presenteren van hun respectieve afdelingsactiviteiten en voorstellen voor toekomstplannen. Zijne Heiligheid gaf instructies met betrekking tot de morele en religieuze training van Ahmadi moslimjongeren en adviezen om ervoor te zorgen dat Majlis Khuddamul Ahmadiyya nog meer vorderingen kan maken.

Zijne Heiligheid moedigde de hoofden van de nationale afdelingen aan om ijverig en regelmatig feedback te geven op de rapporten die worden ontvangen van regionale en lokale afdelingen van Majlis Khuddamul Ahmadiyya Bangladesh om hun activiteiten te analyseren en hen te helpen verbeteren.

Zijne Heiligheid adviseerde ook Ahmadi Moslimjongeren om hun dienst aan de mensheid te vergroten en, in overeenstemming met de leer van de Islam, proactief proberen mensen in nood te helpen en bij te staan, ongeacht kaste, geloof of huidskleur.

Zijne Heiligheid vroeg ook verder dat de regering van Majlis Khuddamul Ahmadiyya zou kunnen samenwerken met ziekenhuizen en andere relevante instanties om Ahmadi moslimjongeren als bloeddonor te registreren, zodat ze de mensen van het land kunnen helpen in tijden van nood.

Zijne Heiligheid, Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

Onze Ahmadi-moslimjongeren zouden niet alleen bloed moeten doneren om onze eigen leden te helpen, maar het zou ook aan andere leden van de samenleving moeten worden geschonken en je zou met ziekenhuizen en bloedbanken kunnen samenwerken om onze leden te registreren voor deze dienst aan de mensheid. De mensen moeten weten dat Ahmadi-moslims degenen zijn die de hele mensheid dienen.

Zijne Heiligheid zei ook dat een groter aantal jonge mensen moet worden aangemoedigd om lichamelijke activiteiten te doen en te bewegen om een ​​goede lichamelijke gezondheid te behouden.

In een gesprek met het hoofd van de afdeling Studentenzaken zei Zijne Heiligheid dat de afdeling Studentenzaken universitaire seminars zou moeten organiseren waar zowel Ahmadi-moslims als anderen worden uitgenodigd om nieuw onderzoek over seculiere onderwerpen te presenteren, zodat innovatieve ideeën kunnen worden gedeeld terwijl religieuze verschillen opzij worden geschoven.

Zijne Heiligheid stelde ook erg op prijs dat tijdens de Covid-19-pandemie de Ahmadi-moslimjongeren contact hadden opgenomen met ziekenhuizen en zich vrijwillig hadden aangemeld voor het schoonmaken ervan.

Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap houdt Historische Les met Jamia Ahmadiyya Bangladesh

16 FEBRUARi, 2021    Persbericht

“Het is door de Beloofde Messias (vrede zij met hem) dat de wereld is voorbestemd om zich te verenigen onder de vlag van de Heilige Profeet Mohammed (moge vrede en zegeningen met hem zijn).” – Hazrat Mirza Masroor Ahmad

Op 13 Februari 2021, heeft het Wereldwijde Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap,de Vijfde Kalief, Zijne Heiligheid Hazrat Mirza Masroor Ahmad een zestig minuten durende online les voorgezeten met studenten van Jamia Ahmadiyya Bangladesh (Ahmadiyya Moslim Missionarissen opleiding in Bangladesh).

Het was de eerste keer dat Zijne Heiligheid een les op dez manier heeft voorgezeten met Jamia Ahmadiyya Bangladesh, de missionarissen in opleiding waren in de gelegenheid om gezamenlijk de ontmoeting bij te wonen en zij ontvingen de leiding en gebeden van hun spirituele en religieuze vader.

Zijne Heiligheid zat de ontmoeting voor vanuit zijn kantoor in Islamabad, Tilford, terwijl de studenten en het onderwijzend personeel Jamia Ahmadiyya Bangladesh samen waren gekomen in het Jamia Ahmadiyya Bangladesh complex in Ahmad Nagar.

Het evenement startte met een recitatie uit de Heilige Koran, gevolgd door een gedicht en uitspraken van de Heilige Profeet Mohammed (moge vrede en zegeningen met hem zijn) en een fragment van uitspraken van de Beloofde Messias (vrede zij met hem).

Aan Zijne Heiligheid is door middel van een video presentatie ook het pand van Jamia Ahmadiyya Bangladesh laten zien en de aangrenzende gebieden waar Ahmadi Moslims leefden.

De directeur van Jamia Ahmadiyya Bangladesh heeft de geschiedenis van Jamia Ahmadiyya in Bangladesh geschetst en de ontwikkeling daarvan sindsdien.

Een student ontving leiding van Zijne Heiligheid over de manier waarop hij het beste kan studeren en hoe hij het beste het leerplan kan leren.

Als antwoord daarop zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“De beste manier om te leren is door voorafgaand aan de les, de lesstof te lezen. Vraag aan uw docenten om vooraf te vertellen waar zij de volgende keer les over geven. Dan, waar de les ook over is gegaan, bekijk de lesstof weer wanneer u op uw kamer bent. Dus, lees de lesstof vooraf en bestudeer deze daarna nog eens. Op die manier zult u zich de lesstof goed kunnen herinneren. U moet ook bidden naar Allah de Almachtige en ook dat Hij uw intellect mag verlichten en u in staat stelt om te onthouden wat u bestudeerd heeft.

Een andere vraag ging over het smeden van een hechtere band van liefde met God de Almachtige..

Als antwoord zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“Wanneer u Allah gehoorzaamt, zult u Zijn geliefde zijn. De liefde moet wederkerig zijn. Wat deden de metgezellen van de Heilige Profeet Mohammed (moge vrede en  zegeningen met hem zijn)? De metgezellen hielden van de Heilige Profeet Mohammed (moge vrede en zegeningen met hem zijn), volgens de Heilige Koran. De Heilige Koran verklaart dat in relatie tot het bevel, dat Moslims de Heilige Profeet Mohammed (moge vrede en zegeningen met hem zijn) moeten gehoorzamen en er staat: “Volg mij: dan zal Allah van u houden.” Wat is gehoorzaamheid? Dat is het volgen van de praktijk van de Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) en neem uw gebeden in acht zoals de Heilige Profeet ( vrede en zegeningen zijn met hem) de gebeden in acht zou nemen, met volledige devotie en concentratie.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad verklaarde verder:

“De Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) verrichte vrijwillige gebeden en dat zou u ook moeten doen. De Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) besteedde tijd ter herdenking aan Allah en dat zou u ook moeten doen. De Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) ontving mensen met de beste manieren en waardigheid en u zult ook mensen moeten ontmoeten op die manier. Wanneer wij ons op deze manier gedragen, zullen wij Allah’s geliefden worden,”

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei verder:

“Dus, verricht de vijf dagelijkse gebeden met zorgvuldigheid, reciteer de Heilige Koran en span u in om dit te begrijpen en gedraag u volgens de instructies van God. Samen met uw aanbidding en het vervullen van de rechten van de mensheid, is dat wat een persoon tot een geliefde van Allah de Almachtige maakt en dit zijn de kwaliteiten die een missionaris zichzelf moet inprenten. Wanneer u deze kwaliteiten zichzelf inprent, zult u een succesvolle missionaris worden. U zal onder degene zijn die mensen zich door God laten roepen en u zal ook een van hen zijn die aandacht vragen voor de rechten van de mens. U moet eerst uw hoge morele standaard instellen – alleen dan zult u in staat zijn om een succesvolle Missionaris te worden. Dit is wat u een geliefde van God zal maken,”

Een ander student vroeg hoe hij de ware geest van de levenslang toegewijde in zichzelf kan prenten.

Als antwoord zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“Herinnert u zich altijd dat de Beloofde Messias de openbaring heeft gekregen van God de Almachtige, “Hij is blij met uw nederigheid.” Dus wees nederig. Bezwijk nooit voor arrogantie over het verwerven van meer kennis. Anders dan dat, terwijl u waarlijk vervuld bent met nederigheid, wees verstandig met de woorden van de Beloofde Messias (vrede zij met hem) “Ik was arm en hulpeloos; onwetend en zonder vaardigheden.’”

Hazrat Mirza Masroor Ahmad gaat verder:

“Dus, prent uzelf met vastberaden besef in dat, ‘Ik was niets en Allah gaf mij de mogelijkheid een Jamia te worden en Allah de Almachtige gaf mij de mogelijkheden te promoveren als missionaris en Allah de Almachtige verleende mij de gelegenheid te dienen en er voor te zorgen de morele standaard van anderen te trainen, Allah de Almachtige gaf mij de gelegenheid om de boodschap van de Islam te verspreiden en Hij stelde mij in staat het geloof te onderwijzen.’ Wanneer u op deze manier denkt zal op een natuurlijke manier nederigheid bij u inboezemen en u dichter bij God de Almachtige brengen.”

Na bevraagd te zijn over zijn ontmoetingen met verschillende wereldleiders en invloedrijke figuren, zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“In de eerste plaats moeten wij nooit angstig voor iemand zijn. Wij zijn Ahmadi Moslims en dus moeten wij de vastberaden overtuiging hebben dat wij het niet nodig hebben om overweldigd te worden door anderen. Uiteindelijk, de Beloofde Messias (vrede zij met hem) is de openbaring gegeven dat ‘U bent geholpen met aanzien.’ Verder, voor dergelijke ontmoetingen, bid ik dat Allah de Almachtige mij mag helpen om de geest te openen en het hart te verzachten van degene tot wie ik mij richt. Bovendien zijn er andere gebeden die ik verricht. Dus herinner u altijd, het is niet nodig om bang te zijn voor een andere persoon.”

Hazrat Mirza Masroor Ahmad verklaarde verder:

“Wij zijn degene die belast zijn met het leiden van de wereld. Wanneer u dit begrijpt en bevat dan zou u nooit bang moeten zijn, wetende dat Allah’s hulp met ons is en dat in de wetenschap dat het de belofte van Allah de Almachtige is om de Beloofde Messias (vrede zij met hem) te ondersteunen en te helpen eeuwigdurend is. Dus, door de genade van God ben ik nooit angst of nervositeit tegengekomen hoe prominent of machtig de leider die ik ontmoet ook is.

Een van de Missionarissen in opleiding vroeg naar de betekenis van de openbaring van de Beloofde Messias (vrede zij met hem) welke verklaart “Koningen zullen zegeningen ontvangen van uw gewaad.”

Hazrat Mirza Masroor Ahmad legt de openbaring uit en zegt:

“Het betekent dat in elke activiteit van de Beloofde Messias (vrede zij met hem) en in elke uitspraak van hem en zijn gewaad zijn zegening zit – elke associatie met de Beloofde Messias (vrede zij met hem) is gezegend. Daarvoor, volgens deze openbaring zullen, zelfs de grootste koningen, het op een dag beschouwen als een enorme zegening en een eer om een stukje stof van de kleding van de Beloofde Messias (vrede zij met hem) te mogen ontvangen.“

Hazrat Mirza Masroor Ahmad gaat verder:

“In deze tijd is het niet voor ieder persoon mogelijk om de zegening van fysieke kleding van de Beloofde Messias (vrede zij met hem) te verkrijgen. Wij kunnen echter allemaal ontvangers zijn van zijn zegeningen door zijn leringen te implementeren en ernaar te streven zijn missie te volbrengen.

Wij zouden moeten zoeken naar alle zegeningen die verbonden zijn met hem en zijn komst en de grote verjonging van de Islam die heeft plaatsgevonden door de Beloofde Messias (vrede zij met hem)… Het is door de Beloofde Messias (vrede zij met hem) dat de wereld is voorbestemd om zich te verenigen onder de vlag van de Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem). Dit zijn de zegeningen die de Beloofde Messias (vrede zij met hem) ons heeft nagelaten en het is nu onze verantwoordelijkheid om er ons voordeel mee te doen en deze te verspreiden naar alle hoeken van de wereld.”

Daarna heeft Zijne Heiligheid genoemd dat hij de ring draagt die toebehoorde aan de Beloofde Messias (vrede zij met hem). De ring heeft als inscriptie een vers uit de Heilige Koran welke is geopenbaard aan de Beloofde Messias (vrede zij met hem) deze luidt  “Is Allah niet toereikend voor zijn dienaar? “

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“Deze ring die ik draag met de inscriptie “ Is Allah niet toereikend voor zijn dienaar? “, is de ring van de Beloofde Messias (vrede zij met hem). Ik draag deze vanwege het verlangen baat te hebben van en de zegeningen te kunnen ontlenen die er aan verbonden zijn. Dus, een ieder die de gelegenheid heeft zegeningen verwerven van fysieke dingen die gezegend zijn, zouden hun voordeel moeten doen met deze zegeningen. Echter, boven alles, zoals ik heb gezegd, elke Jamia student moet proberen spirituele zegeningen van de Beloofde Messias (vrede zij met hem) te bereiken. Dat zijn de zegeningen van het verspreiden van zijn leringen en het vervullen van zijn missie en doel.”

Over het onderwerp prediken, benoemde een van de studenten, dat terwijl sommige mensen afstand nemen van religie en anderen die extremistische neigingen ontwikkelen, wat de beste manier is om met beide soorten mensen om te gaan.

Als antwoord zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“Degene die afstand hebben genomen van religie zijn materialistisch geworden. Tegenwoordig is een grotere groep mensen in de wereld niet meer geïnteresseerd in religie. Onder hen zijn de Moslims minder expressief over dat zij het geloof hebben verlaten, maar in werkelijkheid is zelfs hun situatie vergelijkbaar met de rest. Mensen met een ander geloof zeggen openlijk dat zij niet in God de Almachtige geloven. Daarom verspreidt atheïsme snel. Mensen worden opgeslokt door materialisme en de wereldlijnen hebben hen overmand. Dit was in feite het beeld wat de Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) voorzag over de laatste dagen en dit waren de exacte omstandigheden die waren voorzegt, die zouden leiden tot de komst van de Beloofde Messias (vrede zij met hem).”

Adviserend over de beste manier om te prediken tot degenen die extremistische neigingen hadden ontwikkeld zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“Wij moeten degenen die extremistische neigingen hebben, uitleggen en onderrichten over de ware en vreedzame leerstellingen van de Islam. De Beloofde Messias (vrede zij met hem) zei dat alle mensen geïnformeerd moeten worden over de ware leerstellingen van de Islam. Het doel van zijn komst was inderdaad om te informeren over de twee doelen van de Islam. Ten eerste om mensen dichter bij God te brengen en ten tweede de rechten van elkaar te laten vervullen.”

Adviserend over hoe te spreken met degenen die extreme en verkeerde geïnformeerde opvattingen hebben over de Islam zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“Degenen die extremisten zijn, moet vertelt worden dat er geen plaats is voor extremisme in de Islam. Het leven van de Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) werd besteed aan het doen van goed jegens anderen. De Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) heeft in de titel “genade voor alle volken” gekregen in de Heilige Koran. Kan iemand ook maar één incident vinden waar de Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) een oorlog aan mensen oplegde? Nooit! In de Heilige Koran werd het gebod van oorlog voor het eerst gegeven in hoofdstuk 22 verzen 40 en 41. In deze verzen zegt Allah de Almachtige dat de tegenstanders alle grenzen hebben overschreden met hun wreedheden en dat er dus een verdedigende oorlog kan worden uitgevochten om hen te stoppen. Het stelt ook dat Allah de Almachtige sommige mannen afweert door middel van anderen en wanneer deze mensen doorgaan met hun onrecht, dan zal er geen synagoge van Joden, kerken of tempels of moskeeën intact blijven. Dus toen Allah de Almachtige het gebod gaf om oorlog toe te staan, deed Hij dat voor het belang van de bescherming van alle religies.”

Hazrat Mirza Masroor Ahmad verklaarde verder:

“Islam is tegen extremisme en ondersteunt het niet. Het leven van de Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) getuigd van het feit dat hij nooit extremisme heeft ondersteund. Hij vergaf mensen altijd en gaf het grootste voorbeeld van vergeving ten tijde van de Overwinning van Mekka toen hij tegen de Mekkanen zei, ‘Bij u zal geen schuld liggen op deze dag,’ Hij zei deze woorden tegen mensen die zware martelingen en ongeëvenaarde wreedheden hadden gepleegd. Dit moeten wij dus aan de extremisten vertellen en hen vragen welke bij welke verkeerde daden zij betrokken zijn geraakt! Dit was niet de leer van de Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) … De Heilige Koran staat vol met zulke welwillende leerstellingen en de praktijk en het leven en het karakter van de Heilige Profeet Mohammed ( vrede en zegeningen zijn met hem) en elk moment van hem is een getuigenis van het feit dat hij altijd zijn leringen over liefde, vriendelijkheid en vrede praktiseerde en predikte. Dit zijn de leringen waarover je mensen moet informeren.

Een van de studenten zei dat sommige niet-Ahmadi Moslims die hij wilde benaderen niet naar hen wilden luisteren.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“Het is hun ongeluk dat zij niet naar de waarheid willen luisteren. Bid voor hen. Predik niet over de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap tegen hen. Ten eerste bid voor hen dat Allah de Almachtige hun hart mag verzachten. Ten tweede, vertel hen: ‘Je bent tenminste een Moslim, dus laten wij praten over het leven van de Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) en het leven van zijn metgezellen en de geboden van de Heilige Koran.’ Dus wanneer zij zullen zien dat u spreekt over de Heilige Koran en dat u de leerstellingen ervan volgt en spreekt over uw liefde voor de Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) en de liefde voor de metgezellen van de Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem), dan zullen zij door gaan hierover met u te praten en dan zal er eventueel een tijd komen dat zij zich realiseren dat de leerstellingen hetzelfde zijn en dan zullen zij zeggen, laat ik luisteren naar wat u mij nog meer kan vertellen, dus dan zullen zij beginnen te luisteren naar u.”

Hazrat Mirza Masroor Ahmad gaat verder:

“Dit heeft tijd nodig en vereist geduld. De Heilige Koran verklaart dat, “Roep tot de weg van de Heer met wijsheid en goede vermaning.” Wanneer zij niet wensen te luisteren op de ene manier ga dan op een andere manier met hen om. Dit is een manier die ik heb genoemd, maar u mag ook zelf andere manieren zoeken om deze mensen te overtuigen die passen bij uw omstandigheden. Het andere aspect is gebed. Gebed is zeer krachtig en sterk en wanneer u voor hen bidt dan heeft Allah de macht om alle dingen te doen. Hij is de Meester. Wanneer God meent dat deze mensen zachtheid in hun harten toe zouden moeten laten en goed moeten doen, dan zal Hij hun harten openen. We moeten echter altijd moeite doen van onze kant om te leiden en nooit op te geven. Dit was het bevel gegeven aan de Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) dat hij deze boodschap moet overbrengen en deze boodschap moet verspreiden, maar het is niet onbelangrijk voor u dat de mensen tegen wie u predikt dat zij zeker moeten geloven.”

Samenvatting van de vrijdagpreek door Hazrat Khalīfa-tul-Masīh V (moge Allah zijn Helper zijn) gehouden op 19 maart 2021

OPMERKING: Deze samenvatting is niet de complete vertegenwoordiging van de oorspronkelijke tekst en dient slechts als een herinnering.

Rechtgeleide Kaliefen – Hazrat Uthman (ra)

Na het reciteren van Tashahhud, Ta’awwudh en Surah al-Fatihah zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad (aba) dat hij verder zou gaan met het belichten van incidenten uit het leven van Hazrat Uthman (ra).

Een droom over het martelaarschap van Hazrat Uthman (ra)

Zijne Heiligheid (aba) zei dat Medina in de handen van de huichelaars bleef en zij het drie dagen lang niet toestonden dat het lichaam van Hazrat Uthman (ra) zou worden begraven.

Zijne Heiligheid (aba) zei dat de Heilige Profeet (sa ) een droom zag waarin hij werd geïnformeerd over het martelaarschap van Hazrat Uthman (ra) en dat hij zeer moeilijke omstandigheden zal moeten doorgaan. Hazrat Anas (ra) vertelt dat de Uhud-berg eens aan het schudden was en de Heilige Profeet (sa) zei dat de berg hiermee moest stoppen, aangezien hierop een Profeet, een Siddiq (waarheidsgetrouwe) en twee Shaheeds (martelaren) aanwezig waren. Ook dit was een aanwijzing voor het toekomstige martelaarschap van Hazrat Uthman (ra).

Met betrekking tot de erfenis die Hazrat Uthman (ra) achterliet vertelde zijne Heiligheid (aba) dat zijn financiële bewaarder op de dag van zijn martelaarschap 30,5 miljoen dirham en 150.000 dinars had dat in geheel werd geplunderd door de huichelaars. Hij liet hiernaast 1.000 kamelen achter in een paleis genaamd Rabazah. Er waren ook andere plaatsen waar hij aalmoezen zou geven. Wanneer Hazrat Uthman (ra) rijkdom had, zou hij het in geheel besteden aan het welzijn van de mensen en het aan liefdadigheid schenken.

Overleveringen van de metgezellen over Hazrat Uthman (ra)

Zijne Heiligheid (aba) presenteerde toen de overleveringen van de metgezellen over Hazrat Uthman (ra). Hazrat Ali (ra) verklaarde dat Hazrat Uthman (ra ) zelfs in de hemelen als Dhun-Nurain (bezitter van twee lichten) werd beschouwd . Hij liep voorop bij het verzoenen tussen mensen. Toen Hazrat A’ishah (ra) het nieuws over zijn martelaarschap ontving, zei ze, hoewel ze hem hebben gemarteld, hij de beste in verzoening en meest godvrezende van alle mensen was.

Zijne Heiligheid (aba) zei toen dat er een smeekbede is van de Heilige Profeet (sa) met betrekking tot zijn schoonzonen, waarin hij God smeekte dat niemand van hen het Vuur mocht binnengaan, noch een van zijn schoonvaders.

Het uiterlijk en de kleding van Hazrat Uthman (ra)

Zijne Heiligheid (aba) presenteerde toen een overleveringen over de kleding van Hazrat Uthman (ra). Een metgezel zag hem eens op een ezel rijden terwijl hij twee gele doeken droeg. Een andere metgezel was getuige van Hazrat Uthman (ra) die een toespraak hield terwijl hij een zwart kleed droeg. In een andere verhaling zag een metgezel hem een ​​Jemenitisch kleed dragen dat 100 dirham waard was.

Met betrekking tot het uiterlijk van Hazrat Uthman (ra) verklaarden de metgezellen dat hij niet klein noch erg lang was, hij had een knap gezicht, een zachte huid, een volle baard, sterke gewrichten, brede schouders, vol haar op zijn hoofd en hij zou zijn baard geel verven.

Een metgezel vertelt dat wanneer Hazrat Uthman (ra) een preek zou houden, hij zijn staf zou nemen en deze zou gebruiken om hem te ondersteunen terwijl hij stond. Een andere metgezel zei dat Hazrat Uthman (ra) de knapste der mannen was.

De ring van de Heilige Profeet (sa)

Zijne Heiligheid (aba) vertelde in een incident met betrekking tot de ring van de Heilige Profeet (sa). Toen de Heilige Profeet (as) besloot een brief te schrijven aan de gouverneur van Rome, zei Hazrat Uthman (ra) dat als er geen zegel op deze brief staat, ze deze niet zouden lezen. Daarop liet de Heilige Profeet (sa) een zilveren ring maken waarop ‘’Muhammad Rasul Allah’ gegraveerd was. Deze ring werd vervolgens doorgegeven aan Hazrat Abu Bakr (ra), vervolgens aan Hazrat Umar (ra), en vervolgens, in het kalifaat van Hazrat Uthman (ra), verloor een metgezel per ongeluk de ring. Hazrat Uthman (ra) reikte een grote beloning uit voor degene die de ring kon vinden. Nadat hij de hoop verloor dat de ring teruggevonden zou worden, beval hij dat er nog een ring moest worden gemaakt, vergelijkbaar als de ring van de Heilige Profeet (sa). Deze rong droeg Hazrat Uthman (ra) tot aan zijn overlijden, en werd daarna van hem afgenomen.

Gewaardeerde rang van Hazrat Uthman (ra)

Zijne Heiligheid (aba) zei dat Hazrat Uthman (ra) deel uitmaakte van de tien mensen die de blijde tijding van het paradijs ontvingen.

De Heilige Profeet (sa) sprak over Hazrat Uthman (ra) die met hem in het paradijs was. Hij verklaarde dat elke profeet een dierbare vriend heeft en dat zijn vriend in het paradijs Hazrat Uthman (ra) zou zijn.

Eens was de Heilige Profeet (sa) met een groep muhajirin (migranten van Mekka naar Medina) waaronder veel gewaardeerde metgezellen waren. De Heilige Profeet (sa) zei tegen iedereen dat ze naast hun metgezel moesten gaan staan. Hierop ging de Heilige Profeet (sa) zelf naast Hazrat Uthman (ra) stond en hiermee verklaarde hij dat hij zijn vriend is, in dit leven en in het volgende leven.

Toen de huichelaars het huis van Hazrat Uthman (ra) hadden omsingeld, zei zijn vrijgelaten slaaf dat ze tegen deze onruststokers moesten vechten. Hazrat Uthman (ra) antwoordde dat, bij Allah, hij niet tegen hen zou vechten, want de Heilige Profeet (sa) had hem iets beloofd en hij wenste dat dat zou worden vervuld.

Zijne Heiligheid (aba) zei dat de huichelaars vaak beschuldingen uitten richting Hazrat Uthman (ra) dat hij achterbleef tijdens onder andere de slag van Badr. Bij het horen van deze beschuldigingen verdedigde Hazrat Ibn Umar (ra) Hazrat Uthman (ra) en onthulde hen de waarheid waarmee alle beschuldigingen werder verworpen.

Hazrat Uthman’s (ra) rol in de uitbreiding en wederopbouw van Masjid Nabawi

Hazrat Uthman (ra) kocht een stuk grond voor 10.000 dirham voor de uitbreiding van Masjid Nabawi en bood het aan, aan de Heilige Profeet (sa). De Heilige Profeet (sa) zei dat hij dit stuk grond van hem zou kopen en in ruil hiervoor zal een huis in de hemel worden geschonken aan Hazrat Uthman (ra). De Heilige Profeet (sa) had de eerste steen van deze moskee in het eerste jaar na Hijra geplaatst. De eerste uitbreiding van de moskee vond plaats in jaar 7 na de Hijra. De moskee werd verder uitgebreid in het kalifaat van Hazrat Umar (ra), maar hij veranderde niets aan de manier waarop het oorspronkelijk werd gebouwd. Toen, gedurende het kalifaat van Hazrat Uthman (ra), werd Masjid Nabawi nogmaals uitgebreid waarbij hij het gebouw verving door stenen muren. Bovendoen verfraaide hij het uiterlijk aanzienlijk. Daarna, na overleg met zijn metgezellen en gezien de behoefte aan een nieuw gebouw, sprak Hazrat Uthman (ra) tot de mensen en informeerde hen dat Masjid Nabawi zou worden herbouwd. Afgezien van enkele metgezellen, was de meerderheid het eens met het voorstel. Hazrat Uthman (ra) wilde dit niemand opdringen, dus kocht hij de nabijgelegen huizen van degenen die geen hinder wilden ondervinden van het herbouwen van de moskee. De wederopbouw van Masjid Nabawi werd voltooid in 30 na Hijra. Hazrat Uthman (ra) bleef het in alle richtingen uitbreiden en verfraaide de muren en deuren. Hazrat Uthman (ra) bouwde ook een muur voor de Mihrab zodat deze beschermd zou worden en zodat de aanwezigen de Imam konden zien.

De Beloofde Messias (as) verklaarde dat hij Hazrat Uthman (ra) vergelijkt met Hazrat Sulaiman (as) omdat ze allebei liefde en passie hadden voor bouwen. Als gevolg van de onenigheid in de tijd van Hazrat Ali (ra) werd een groot deel van de bouwplannen in de wacht gezet en het grootste deel van dit werk werd feitelijk voltooid in de tijd van Hazrat Uthman (ra).

Masjid-e-Haram werd door Hazrat Uthman (ra) ook uitgebreid, in 26 na Hijra. Hij kocht de omliggende eigendommen om de uitbreiding mogelijk te maken. Hij deed er alles aan om zich te verzoenen met degenen die hun huizen niet wilden verkopen en toen ze tegenstribbelden vertelde Hazrat Uthman (ra) hen dat zij dit alleen deze vanwege zijn medeleven, want anders hadden ze het niet aangedurfd dit te doen in de tijd van Hazrat Umar (ra), toen hetzelfde van hen werd gevraagd.

De eerste zeemissie

De eerste zeemissie vond plaats in de tijd van Hazrat Uthman (ra). Ameer Mu’awiyah had er in de tijd van Hazrat Umar (ra) om verzocht, maar hij gaf hem geen toestemming. Toen vroeg hij in het kalifaat van Hazrat Uthman (ra) nogmaals toestemming en nadat hij dit had gekregen, vermaande Hazrat Uthman (ra) hem om niemand te dwingen deel te nemen aan een dergelijke strijd en diegenen te helpen die dat wel wilden. Onder leiding van Abdullah bin Qais Jasi (ra) werden 50 slagen uitgevochten, waarbij geen van de moslims verdronk of gewond raakte.

De Heilige Profeet (s) zei ooit dat degene die het meest op hem leek in moraal, Hazrat Uthman (ra) was. De Heilige Profeet (s) herhaalde dit zelfs tegen zijn dochter en zei haar om hem daarom heel vriendelijk te behandelen.

Gebed voor overledenen

Zijne Heiligheid (aba) zei dat hij de dodengebed (in afwezigheid) zou leiden van de volgende overledenen: Mubashar Ahmad Rind, Muneer Ahmad Farrukh, Brigadier Muhammad Latif en Konok Baik Omur Bakuf.


Samengesteld door Afdeling Isha’at van Majlis Khuddam-ul-Ahmadiyya Nederland

Waqf-e-Nau Meisjes en vrouwen uit Bangladesh hebben de eer gehad een virtuele ontmoeting bij te wonen met het Wereldwijde Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap

2 FEBRUARY, 2021 | Persbericht

“Er is niemand anders. Het is alleen Allah de Almachtige. Alleen Allah helpt mij en niemand anders heeft de kracht om mij te helpen.” – Hazrat Mirza Masroor Ahmad

Op 31 Januari 2021, heeft het Wereldwijde Hoofd van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, de Vijfde Kalief, Hazrat Mirza Masroor Ahmad een virtuele online ontmoeting gehouden met meer dan 130 vrouwelijke leden van het Waqf-e-Nau Programma uit Bangladesh.

Zijne Heiligheid zat de ontmoeting voor vanuit zijn kantoor in Islamabad, Tilford, terwijl de Wagf-e-Nau leden deelnamen vanuit het Darut Tabligh Mosque complex in Dhaka, welke dient als het Nationale Hoofdkwartier van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap in Bangladesh.

Het evenement begon met een recitatie uit de Heilige Koran, gevolgd door een gedicht en uitspraken van de Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) en een uittreksel van de geschriften van de Beloofde Messias (vrede zij met hem).

De rest van de 55 minuten durende ontmoeting hebben de leden van Waqf-e-Nau de gelegenheid gehad om verschillende vragen te stellen over hun geloof en hedendaagse kwesties.

Als reactie op een vraag over de spirituele status die een vrouw kan bereiken zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“Anders dan profeetschap, volgens de Heilige Koran, kan een vrouw de spirituele rang bereiken van een Siddiq (waarheidsgetrouw), Saheed (martelaar), Salihaat (rechtvaardig). Er is een Hadith waarin een vrouwelijke metgezel van de Heilige Profeet (vrede en zegeningen zijn met hem) vroeg: ‘Mannen kunnen martelaar worden en zij nemen deel aan gevechten en doen grote offers. Maar wij vrouwen die thuis zijn, wat is onze status?’ The Heilige Profeet (vrede en zegeningen zijn met hem) antwoordde: ’Wanneer u uw huizen verzorgt en uw kinderen goed opvoedt en de volgende generatie koestert en waakt over de huizen, dan bereikt u dezelfde beloningen als mannen.’”

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei verder:

“Door de morele en spirituele status van uw thuis en een rechtvaardig leven te leiden, kunnen vrouwen een werkelijk geweldige status bereiken. Per slot van rekening zijn zij de moeders van profeten! De Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) heeft inderdaad gezegd dat ‘Het paradijs ligt onder de voeten van moeders’ en dus is de status van een vrouw zo dat wanneer zij kinderen grootbrengen op een vrome manier, dan zullen zij bewijzen het middel te zijn dat deuren naar de hemel opent. Wat kan er groter zijn dan dit? Herinner u dat de Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) niet heeft verklaard dat “de hemel onder voeten van vaders ligt’. Dus, de status van een vrouw is zeer hoog. Het is een rang waar niemand mee kan wedijveren – zo lang als een vrouw vastberaden is in haar geloof en ervan verzekerd is van de morele en spirituele opvoeding van de volgende generatie.

Een van de jongere aanwezigen vroeg hoe zij een goede Waqf-e-Nau kan worden vanaf een jonge leeftijd.

Zijne Heiligheid adviseerde haar dat wanneer zij de leeftijd van zeven jaar bereikt, zij moet beginnen met het regelmatig verrichten van de vijf dagelijkse gebeden en het leren lezen en dagelijks reciteren van de Heilige Koran. Zijne Heiligheid zei dat kinderen naar hun ouders moeten luisteren en dat leden van het Waqf-e-Nau programma bekend moeten staan om hun goede karakter.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“Herinner je altijd dat een Waqf-e-Nau bent. Je moet je goed gedragen en altijd beleefd doen en aardig zijn naar uw mede meisjes-leden en uw mede leerlingen en laat altijd de hoogste standaard van gedrag zien zodat elke persoon die u kent zal getuigen van het feit dat u extreem welgemanierd bent en een goed karakter heeft. Je kan hen dan vertellen ‘Dat is omdat ik een Waqf-e-Nau ben dat ik mij goed gedraag en het goede zoek.’”

Een Waqf-e-Nau lid vroeg hoe een persoon op de beste manier dankbaarheid kan laten zien aan Allah de Almachtige.

Als antwoord zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“De beste manier om dankbaar te zijn naar Allah de Almachtige is dat wanneer u zegt: ‘Alle lof behoort toe aan Allah’ u zult dat moeten doen terwijl u in gedachten houdt dat alle gunsten van God aan u geschonken zijn. Zelfs wanneer een persoon beproevingen onder ogen moet zien, dan moet u deze met geduld verdragen en zich herinneren dat Allah talloze beloningen en zegeningen heeft geschonken. Deze gunsten moeten altijd in uw gedachten geborgen worden en mogen nooit vergeten worden.”

Zijne Heiligheid vertelde het verhaal over een koning en zijn hoveling. De koning bood zijn hoveling een vrucht aan welke erg bitter bleek, desondanks at de hoveling de vrucht op en prees de vrucht zeer en hij toonde zijn dankbaarheid. Toen de koning zich realiseerde dat de vrucht bitter was, vroeg hij de hoveling waarom hij deze de vrucht had geprezen. De hoveling antwoordde dat het ondankbaar zou zijn geweest om de vrucht uit te spugen en te klagen en daarmee alle voorgaande gunsten die hij van de koning  had gekregen zou zijn vergeten, daarom betaamde het hem niet om ondankbaarheid te laten zien.

Zijne Heiligheid vertelde ook een spreuk van de Heilige Profeet Mohammed (vrede en zegeningen zijn met hem) dat een persoon altijd moet kijken naar hen die minder geluk hebben dan hijzelf in materiele zin en daarom hun dankbaarheid moeten tonen voor de gunsten die God hen heeft laten zien. Echter in de zin van geloof en spiritualiteit, zou een persoon moeten kijken naar een hogere rang en zou moeten proberen die status te bereiken en deze overtreffen. Zijne Heiligheid zei dat dit de weg is om God werkelijk dankbaar te zijn.

Zijne Heiligheid is ook gevraagd hoe hij was als student in zijn seculiere onderwijs en wat hij verlangde te zijn toen hij opgroeide en of Zijne Heiligheid enige leiding kon geven aan diegenen die momenteel studeren.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“U zult er allen naar moeten streven om uit te blinken in uw studies. Zonder studie is het vandaag de dag moeilijk om te overleven en omdat u Waqf-e-Nau bent, heeft u uw leven daaraan gewijd. U moet ernaar streven om een aanwinst te zijn voor de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap. Daarvoor, door te studeren en kennis te vermeerderen, streef ernaar om te verbeteren en uit te blinken zodat u in staat kan zijn om de levens van de toekomstige generaties te verbeteren en in de positie te zijn hen te leiden en te beschermen.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad verklaarde verder:

“Toen ik jong was had ik vele ambities en soms dacht ik dat het ene zou worden en andere keren dacht ik dat ik het andere zou worden. Uiteindelijk heb ik een graad behaald in landbouw omdat ik daar interesse in had en daarna heb ik mij leven toegewijd aan de zaak van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap en Allah gaf mij de mogelijkheid om dat te doen. Hoe dan ook, het verlangen om mijn leven toe te wijden was er een die ik had vanaf kindertijd en ik was in staat om dit te vervullen met God’s Genade.”

Hazrat Mirza Masroor Ahmad gaat verder:

“Ik had vele andere wensen waarbij ik dacht, ik zou dit kunnen worden of iets anders en toen wilde ik mijn leven toewijden. Ik kon niets van deze worden, maar Allah gaf mij de mogelijkheid om mijn leven toe te wijden en uiteindelijk bracht Allah de Almachtige naar deze positie. Hoe het ook is, mijn leiding voor jullie allen is, omdat jullie je levens hebben gewijd, zouden jullie moeten werken met ijver, hard studeren en zoeken naar en het bereiken van een hoge standaard in jullie studies. Zelfs wanneer jullie later niet gaan werken, zullen jullie profijt hebben van jullie scholing en zullen jullie in staat zijn de volgende generatie te helpen.”

Een moeder benoemde de uitdagingen die op haar pad kwamen toen zij haar kind opvoedde. Zij zei dat het opvoeden van haar kleine kind haar vaak uitgeput maakte, Zij zocht leiding bij Zijne Heiligheid hierover.

Als reactie zei Hazrat Mirza Masroor Ahmad:

“Zelfs wanneer u het moeilijk vindt, zou u uw boosheid of frustratie niet naar uw kind moeten uiten. Liever zou u uw kind uit moeten leggen dat u moe bent en dat u gaat rusten en haar verzekeren dat u daarna  met haar zal spelen. Kinderen zijn van nature intelligent en zij begrijpen het. U kunt haar zelfs vertellen dat u moe bent en zij zal uw benen of uw hoofd  masseren en uw kind zal dat ook leuk gaan vinden. Op deze manier kunt u haar leiden en trainen, maar laat uw boosheid niet zien en schreeuw niet tegen haar of zeg iets negatiefs tegen haar.

De moeder die deze vraag stelde vroeg ook welk gebed zij zou moeten reciteren om op de beste manier haar emoties onder controle te houden. Daarop zei Zijne Heiligheid dat zij Durood Shareef zou moeten reciteren – aanroepen van zegeningen van de Heilige Profeet (vrede en zegeningen zijn met hem)

In een andere vraag is aan Zijne Heiligheid gevraagd dat los van God wie een bron van emotionele steun is geweest waar Zijne Heiligheid op kon steunen tijdens de periode waarin het kalifaat in het licht van tegenslag en intens verzet en vervolging welke de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap onder ogen heeft moeten zien.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad antwoordde en zei:

“Er is niemand anders. Het is alleen Allah de Almachtige. Alleen Allah helpt mij en niemand anders heeft de kracht om mij te helpen.”

Aan het einde van de ontmoeting heeft Zijne Heiligheid gebeden dat de Waqf-e-Nau leden degene zijn die hun beloften nakomen door hun leven toe te wijden aan de zaak van Islam.

Hazrat Mirza Masroor Ahmad zei:

“Moge Allah de Almachtige u beschermen en u veilig houden. Als leden van het Waqf-e-Nau programma, moge u allen komen tot vervulling van het ware doel en de doelstelling van de toewijding van uw levens voor de zaak van uw geloof en dat u degenen zult zijn die de volgende generatie zullen koesteren en beschermen op de beste manier. Moge een vrome Ahmadi Moslim generatie worden geboren en dat zij degene mogen zijn die de boodschap van de Ahmadiyya Moslim Gemeenschap  en de boodschap van de Islam in Bangladesh mogen verspreiden. Ik zal ook bidden dat u snel verlost zal worden van kwade koppelingen van de fanatieke religieuze geestelijken in uw land en moge Allah de Almachtige altijd uw Helper en Beschermer zijn.